Terug naar overzicht

Hoe de Duitse Michaela ambassadeur van het Nederlands werd

Michaela Bauer spreekt zo goed Nederlands dat het lijkt alsof ze hier al jaren woont. Schijn bedriegt. De Duitse verhuist in september 2019 vanuit een dorpje nabij München naar Brussel voor de nieuwe job van haar echtgenoot. Een avontuur dat haar geheel onverwacht in contact brengt met het Nederlands. Vandaag mag ze zich met recht en rede een ambassadeur van het Nederlands noemen. 

Ik ben hier toegekomen als buitenlander, als expat, en voel me dankzij het Nederlands stilaan iemand van hier.

Toen we hier aankwamen installeerden mijn man en ik de digibox van de televisie”, vertelt Michaela met een glimlach. Probleem: dat kon alleen in het Frans of het Nederlands. We proberen het wel in het Nederlands dacht ik, dat is net als Duits. Bleek dat toch iets moeilijker dan gedacht.”

Michaela spreekt nostalgisch wanneer ze het over haar eerste maanden in Brussel heeft. Verhuizen naar een nieuwe stad is een grote stap, laat staan naar een stad die je van haar noch pluim kent. In België is het normaal dat je 3 talen spreekt en zomaar een nieuwe taal leert, in Duitsland absoluut niet. Dat was nieuw voor mij. Veel mensen hier zeiden me dat ik Frans moest leren. Maar er was een gevoel in mij dat zei: nee, ik leer eerst Nederlands. Ik had zin om die taal te ontdekken.”

Het Huis werd in die beginperiode mijn referentiepunt. Telkens ik hulp nodig had ging ik naar het Huis. Ook om mijn sociaal netwerk uit te bouwen. Ik keek altijd of er geen evenementen werden georganiseerd. Ik zeg nu altijd dat het Huis me heeft helpen thuiskomen in Brussel.

En dus begint Michaela te googelen en vindt ze haar weg naar het Huis van het Nederlands. Ze legt er een taaltest af en wordt begeleid naar CVO Brussel, waar ze lessen Nederlands volgt. Het Huis werd in die beginperiode mijn referentiepunt. Telkens ik hulp nodig had ging ik naar het Huis. Ook om mijn sociaal netwerk uit te bouwen. Ik keek altijd of er geen evenementen werden georganiseerd. Ik zeg nu altijd dat het Huis me heeft helpen thuiskomen in Brussel.” Michaela haalt snel plezier uit de lessen. Ze neemt ook deel aan de conversatietafels van Babbelut en zelfs aan een vormingsavond voor de moderatoren van die conversatietafels. Ik dacht: ik weet nu wat mijn noden zijn als cursist, dus ik kan die even goed delen met de leraren. Dat was een fijne ervaring. Met corona werd alles plots digitaal en viel het menselijk contact grotendeels weg. Maar het gaf me wel de tijd om me nog meer in de Nederlandse taal te verdiepen.

Het blijft niet bij lessen Nederlands en conversatietafels, Michaela gaat nog een stap verder. Ze steekt een handje toe als vrijwilliger in het vaccinatiecentrum op de luchthaven van Zaventem en als wandelbegeleidster voor Okra Brussel. Haar niveau evolueert zo goed dat ze het zelfs aandurft om te solliciteren voor jobs in het Nederlands. De sollicitatiegesprekken verliepen toen grotendeels via de telefoon. Dat was moeilijk, omdat werkgevers redelijk snel hoorde dat ik niet Nederlandstalig was. Je begrijpt ook minder wat de ander bedoelt als je hem of haar niet ziet spreken. De eerste gesprekken draaiden dus op niets uit”, vertelt Michaela. Maar intussen is ze aan de slag als business controller, in het Nederlands! Het is een tijdelijk contract, maar het gaat goed. Bijna al mijn collega’s zijn Nederlandstalig, ik leer dus nog elke dag bij. Het is belangrijk dat je in contact komt met Nederlandstaligen. Als ik tijdens een gesprek een woord hoor dat ik nog niet ken vraag ik meteen wat het betekent en vergeet ik het daarna niet meer. Dat helpt enorm.”

Nederlands is vandaag mijn voertaal geworden. Ik spreek het niet alleen op het werk, ook als ik in het centrum van Brussel ben. Veel Franstaligen antwoorden in het Nederlands wanneer ik Nederlands spreek. Een beetje gebroken Nederlands, maar ik vind het mooi dat ze dat toch proberen. Nederlands is ook gewoon een mooie taal nee?

Nederlands is vandaag mijn voertaal geworden. Ik spreek het niet alleen op het werk, ook als ik in het centrum van Brussel ben. Veel Franstaligen antwoorden in het Nederlands wanneer ik Nederlands spreek. Een beetje gebroken Nederlands, maar ik vind het mooi dat ze dat toch proberen. Nederlands is ook gewoon een mooie taal nee?” Wat is er zo mooi aan dan? Het is een levendige taal. Ze wordt door weinig mensen in de wereld gesproken, dat maakt ze uniek. En sommige woorden zijn gewoon schattig. Fietsen bijvoorbeeld, of verklappen.

Michaela leert nu ook Frans, in CVO Lethas. Weer een nieuwe taal erbij. Toen ik pas Frans begon te leren merkte ik dat mijn Nederlands erop achteruitging, omdat mijn hoofd zich volop concentreerde op het Frans, wat niet abnormaal is. Ik ben daarom ook conversatietafels Nederlands buiten Brussel gaan volgen, in het Pajottenland. Op die manier ontmoette ik weer nieuwe mensen en kwam ik in contact met de Vlaamse cultuur. Mijn man en ik zijn echte fans geworden van het Pajottenland en de andere regio’s in Groene Gordel. Elke zaterdagnamiddag gaan we naar de boerenmarkt in Gaasbeek, verse streekproducten kopen op het gezellige dorpsplein. Daar blijven we altijd even plakken. Zo krijgen we langzaam aan ook een band met Vlaanderen.” Wat vindt ze van Brussel? Ik kom van het platteland, wonen in een grootstad was dus even aanpassen. Maar ik hou van de sfeer in Brussel. Ik vind de architectuur in de stad ook ontzettend mooi. De mix tussen oude herenhuizen en moderne woningen. Ik ga vaak naar het Muntpunt in het centrum, boeken uitlenen. Je vindt me dus vaak in de stad.

Michaela heeft zopas ook haar echtgenoot overtuigd om Nederlandse lessen te volgen. Ik ga graag naar Nederlandstalige evenementen, in Brussel en in de rand. Onlangs waren we op een evenement bij een wijnboer in Overijse. Ik heb daar mijn man kunnen overtuigen om ook Nederlands te leren. Het zou heel fijn zijn als we in de toekomst samen kunnen communiceren met Nederlandstaligen.”

Of ze niet ontzettend fier is op haar parcours? Ja dat ben ik, maar ik ben vooral blij dat ik er bewust voor gekozen heb om Nederlands te leren. Ik ben hier toegekomen als buitenlander, als expat, en voel me dankzij het Nederlands stilaan iemand van hier. Iemand die een nieuw leven kan uitbouwen in een van de landstalen. Dat opent deuren. En ik heb nog veel te leren, dus je gaat me nog vaak in het Huis van het Nederlands tegenkomen.”

Met plezier Michaela!


Terug naar overzicht
Deel dit verhaal